April 2020 - Hoge Raad ten aanzien van doorgeven order
De Hoge Raad heeft zich op 24 april jl. uitgelaten over de vraag of het doorsturen van een aanvraagformulier door een tussenpersoon aan Dexia kan worden gekwalificeerd als het doorsturen van een effectenorder. Volgens de Hoge Raad dient het Hof Den Bosch dit standpunt nader te beoordelen aan de hand van door de Hoge Raad gegeven uitgangspunten.
Hoge Raad d.d. 24 april 2020
De Hoge Raad heeft in de uitgangspunten een tweetal aspecten benoemd die van belang zijn bij de vraag of inderdaad sprake was van het (vergunningsplichtig) doorgeven van een effectenorder. Ten eerste moet sprake zijn van uitvoerbaarheid van het door Dexia en de tussenpersoon gebruikte aanvraagformulier en dient dus sprake te zijn van een voldoende bepaalbare opdracht. Ten tweede benoemt de Hoge Raad dat van belang kan zijn dat de overeenkomst met een afnemer pas later tot stand kwam als die al tot stand kwam. Daarvoor waren immers nog andere handelingen benodigd. Die vraag laat de Hoge Raad open en geeft daarbij aan dat het Europese Hof van Justitie daar wellicht duidelijkheid over zal moeten geven. Kortom, de Hoge Raad heeft geen inhoudelijke uitspraak gedaan, maar heeft geconcludeerd dat de toelichting die eerder werd gegeven door het Hof in Arnhem onvoldoende was. Vooralsnog bestaat er zodoende nog geen zekerheid over de vraag of het aanvraagformulier als ´order´ kan worden gezien. Dexia ziet de uitspraak van het Hof Den Bosch met vertrouwen tegemoet, mede in het licht van de andere recente uitspraken die op dit punt in het voordeel van Dexia zijn gewezen.
Link naar de vonnissen
https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:HR:2020:809
Discrepanties in verklaringen van afnemer leiden tot afwijzing vordering, 16 July 2020
Eega
De verklaringen van de afnemer en eega zijn zodanig tegenstrijdig dat het moment van wetenschap niet is vast komen te staan. De vordering van de afnemer wordt daarom afgewezen omdat de vordering is verjaard.
Lees meerMei 2020 - Conclusie Procureur Generaal HR inzake Vero, 06 July 2020
Zorgplicht
Tussenpersoon
Diverse
De Procureur Generaal M.H. Wissink (PG Wissink) heeft op 29 mei jl. geconcludeerd in twee Dexia zaken. Naar het oordeel van de PG kan Vero niet worden aangemerkt als zijnde een tussenpersoon en kan daardoor niet worden afgeweken van de standaard schadeverdeling.
Lees meerMei 2020 - Conclusie Procureur Generaal HR inzake Spaarshop, 06 July 2020
Zorgplicht
Tussenpersoon
Diverse
De Procureur Generaal M.H. Wissink (PG Wissink) heeft op 29 mei jl. geconcludeerd in twee Dexia zaken. Naar het oordeel van de PG heeft Spaarshop geen op de persoon van [afnemer] beleggingsadvies gegeven en heeft het Hof Arnhem-Leeuwarden een juiste bewijslastverdeling toegepast. De PG verwijst daarbij naar de eerdere procedure hieromtrent van 8 januari 2019.
Lees meerApril 2020 - Hoge Raad ten aanzien van doorgeven order, 06 May 2020
Tussenpersoon
De Hoge Raad heeft zich op 24 april jl. uitgelaten over de vraag of het doorsturen van een aanvraagformulier door een tussenpersoon aan Dexia kan worden gekwalificeerd als het doorsturen van een effectenorder. Volgens de Hoge Raad dient het Hof Den Bosch dit standpunt nader te beoordelen aan de hand van door de Hoge Raad gegeven uitgangspunten.
Lees meerGeen sprake van advisering door een tussenpersoon in het geval van Vero, 10 April 2020
Zorgplicht
Tussenpersoon
Stellingen van de afnemer op gebied van advisering en doorgeven order door Vero zijn afgewezen.
Lees meer